Terug naar overzicht Betekenisvolle Ontmoetingen.

De groep gaat als koortje staan. De docent laat hen eerst een A-klank op willekeurige toonhoogte inzetten. De groep past de klank al luisterend aan tot iedereen dezelfde klank zingt. Hierna gaat de docent ´dirigeren´: Met afgesproken handsignalen geeft hij aan welke klank er gevormd wordt (A, E, O, U, I, M) Op aangeven van de dirigent gaat de groep vloeiend van de ene klank naar de andere.

uitbreiding/variaties:

1. Een variabele wordt toegevoegd: Door zijn hand hoger of lager te houden past de dirigent de toonhoogte aan. Het koor let om klank en toonhoogte.
2. Een variabele wordt toegevoegd: Door zijn hand hoger of lager te houden past de dirigent het volume aan. Het koor let om klank, toonhoogte en volume. (hiervoor is een assistent nodig).
3. In het geval van een muzikale groep kan er gekozen worden voor harmonieën in plaats van enkele tonen.

Effect:

Gerichtheid op elkaar, verdelen van aandacht, luisteren.