Stilte
Dag 1
De stilte laat
contouren achter
van de mensen
die op stoelen zaten
en tassen
die de mensen
met die stoelen
achterlieten
Die mensen ontroerden
waren ontroerd
of echt verdrietig
en bang
Dat lieten zij zien
of niet
maar het werd gezien
Zij vertrekken
bijna allemaal
direct
Van de stilte?
Of naar zichzelf?
En wat doe ik?
In die stilte?
Ik denk nog eens
aan hen
omdat het mij
ontroerde
dat er nog geen stilte was
en zij zo spraken
over stilte
Dag 2
Ik geef vorm aan dat
wat helemaal geen vorm wil hebben
Dat wat niet van mij is
maar waar ik van ben
Waarvan ik ben
Valt keer op keer uit elkaar
nadat ik het
keer op keer
mijn vorm gaf
Afgedwongen met mijn handen
die zo graag willen
maar de kracht niet krijgen
van dat wat niet van mij is
maar waar ik van ben
Waarvan ik ben
Dag 3
Vrouwen plakken
als goedhoud folie
aan elkaar
in mijn verwachting
Onoverkomelijk
uit angst
via mijn ogen
ergens anders
omheen gebonden
te worden
Zoals om mijn verwachtingen
of die van henzelf
Om die dan vervolgens
goed te moeten houden
Dat plakt en plakt en plakt
meer aan elkaar
hoe langer je ernaar kijkt
Met trekkende ogen,
met duwende ogen
of hoopvolle ogen
Het maakt niet uit