Beste M de biecht- het verborgene

Is deel van:

Beste M
gaat over het belang van het verborgene. dat ook verborgen houden. Mooi dat het er in een omgekeerde biecht uitkomt.
(wel elitair allemaal en erg op zichzelf). Klopt louange a l'eternite du jesus (dus de lofzang) bij het verborgene. Ja dat gaat over het subtiele onderscheid tussen toe-eigenen en eren. Ook hier, net als bij apres un reve, nooit begrepen wat er eigenlijk gezegd en gespeeld wordt. de gevangenis waar Messiaen in zat. dat ze dat kwartet hadden. met een klarinet. dat is het contrapunt. dat de stok het bijna niet volhoudt.

1-    De omgekeerde biecht en louange a l’eternite du jesus

 

O muze, 28-12 in de middag

In de middag naar het oude ventimiglia. Quator pur la fin du temps. (de gevangenis- louange a l’eternite du jesus) 

Lopen door het oude Ventimiglia. (op het plein worden al voorbereidingen getroffen voor het oudejaarsfeest!! Iets over het gebouw waar chique pilaren en balkons op de gevel zijn geschilderd. Hoe het afloopt. En uitkijkt.

Hier ook de beschrijving van de via Garibaldi. Door porta Nizza naar binnen. Franca die naar buiten stapt. (kleurrijke figuur- mijn kapper- die altijd ‘ciao bello’ tegen mij zegt. Wijsheid die ze vertelt over de mensen in haar kappersstoel. Lesbisch-kortgeknipt-kort en kordaat. Ik vertel dat ik een boek aan het schrijven ben.

De tweedehands boeken in de kerk. Daar al pinocchio uitgehaald (pinokkio heeft vast een betekenis in mijn verhaal) en de pensees van pascal in het italiaans. (is een wetenschapper/ filosoof die ook heel gelovig is en prachtige gedachten over god uitspreekt).

(oude Napels- de zomerfeesten, bankje voor het ijs, de minimale voorzieningen, de priester die Gigi vasthield toen we de crypte bezochten. Dat zou ook de kerk kunnen zijn) Is een vorm van aankomen.

Ik ga de kerk in. Kom er al jaren langs en ging deze nog niet eerder in. Nu wel

Valt direct op de stilte. De vanzelfsprekendheid daarvan.

 

Ik bid niet geloof ook niet. De trappen af. Naar de onderkerk. Waar de oude fragmenten van opgravingen liggen. Een paard. Een vrouwen afbeelding. Een wenteltrap omhoog. En weer naar boven tot in de kerk.

Daar als een relikwie uit een vergeten tijd staat een biechthokje. Ben duizelig, fladder….  Ik stap er even in. Zie het traliewerkje. Ga even zitten om de stilte nog meer te laten werken. Stel je voor. Hier werden vroeger de bekentenissen gedaan. Dan zei je wat je nauwelijks over je lippen kon krijgen. Dat dilemma: is dat goed of niet goed. Moet alles in het leven ooit een keer gezegd worden. Is mijn o muze…een vorm van belijdenis?  Moet ik nog meer vertellen?

Dan is het net of ik een zacht gefluister hoort. Ik legt mijn oor tegen de tralies en luister naar een zachte stem…. 

Fluistermonoloog van de muze: (ik moet wel luisteren)  ‘Bart, je had beter niet alles over mij kunnen vertellen. Of over wat ik voor jou beteken. Ik snap je verlangen om te vertellen wel. Dat waar het hart vol van is daar loopt de mond van over. Maar inzake muzen, goddelijke aangelegenheden en zekere kwetsbare gevoeligheden en diepe persoonlijke gronden op de rand van het kenbare is het nu eenmaal beter om te zwijgen. Want wat gebeurt er als je over mij spreekt? Dan stap je uit de levende relatie. Je gaat er als het ware buiten staan. En kijkt ernaar. En aan je vrienden die het horen willen vertel je dan over wat ik jou influister of zet jezelf op de kaart met je onstilbare verlangen. En wat gebeurt er dan? Dan komt er als het ware iets tussen jou en mij in te staan. Een scherm een schot.  Er ontstaat een ruimte voor twijfel en twist. Een kier tussen de deur. Een opening voor teleurstelling. Als je na het zwemmen weer op de kant staat voel je dat je nat bent. Begint te rillen. Krijgt het koud. Zolang je in het water bent heb je daar geen last van. In het water heeft de opmerking ‘ik ben nat’ geen enkele zin. Voegt niks toe. Zo komt als je over mij begint te spreken er ruimte voor zinloze vragen en bespiegelingen die je niet verder helpen. Verdraaiingen door allerlei woorden die niet passen bij wat het eigenlijk is: contact met de muze. Ik wil me niet te goddelijk opstellen, maar er zijn natuurlijk voorbeelden van heel wat religieuze tradities waarin juist de essentie niet gezegd wordt. Waarin de naam van god niet hardop gezegd wordt. Heb je er wel eens over nagedacht waarom dat zo is? Terwijl je vrolijk en loslippig overal aan het rond bazuinen was dat je nu op intieme voet met de muzen verkeerde. En het daarmee eigenlijk alweer verloren had. De kunst van het zwijgen moet je leren. Het verborgene zou je veel meer moeten koesteren. En nog allemaal in je eigen voordeel ook om dat te doen. Je raakt niks kwijt door niet te spreken in tegendeel je behoudt juist alles wat er zo wezenlijk aan onze omgang is. Ga maar na. Als er niemand zou zijn om over ons te spreken dan zou je nooit uit onze omgang hoeven te stappen. Wat dan overblijft is de kwaliteit van het prijzen en eren. Constante viering. De zaligheid van de afwezigheid van kritiek. Splendid isolation ten positieve geduid juist als een volheid. Het een op een van jij met je geliefde muze! Geen defensief tegenover onwilligen en ongelovigen en sceptici. Geen mitsen en maren die je geest bewolken maar de totale overgave. Hoe denk je jou te kunnen overgeven aan ontvankelijkheid als je de hele tijd loopt te ouwehoeren over die muzen. Dan sla je het belangrijkste wat je zou kunnen en moeten doen over: eerbetoon, vieren, ontvangen en prijzen. Want in die hoek zit ik met mijn zusters. Daar en alleen daar kan je me vinden. In die oefening. Maar als jij er met geweld de hele tijd uit stapt om je nieuwste wetenswaardigheden rond te strooien dan zijn wij alweer verdwenen. Dus het is kiezen of delen. Gek misschien maar juist in een tijd die in extremo over openbaarheid gaat met media, persoonlijke is politiek en alles ligt op straat is oefenen met het bewaren en koesteren van het verborgene belangrijker dan ooit. Dat je dat niet ziet en niet aanvoelt. En nu moet ik gaan. Ik ben benieuwd wat je nu doet met deze wetenschap? Schrijf je het op voor je lezers zodat we weer allemaal ach en wee kunnen zeggen van de mooie inzichten? Het is aan jou…..

- mijn gedachten hierover.

Het biechthokje in. De verontrusting…over de boodschap….de blijdschap: zie je wel ze bestaat en ze heeft gesproken. De dubbelheid in die ervaring. Ik luister niet eens naar wat ze zegt. Belangrijker dat ze tot me spreekt!  Er gaat iets gebeuren dezer dagen!   

  • En een klein lijntje is natuurlijk dat de muze zegt: weet je nog uit welke triade ik voort ben gekomen. Eerst was er de adem. Daarna lied, herinnering, meditatie. ……kom ik nu niet helemaal uit. Maar wel zoiets dat hij met zijn smerige adem alle ruiten doet beslaan. En zijn wereld beperkt tot wat hij er zelf op geademd heeft. En dat lied dus ode en verheerlijking in schril contrast staat met cafepraatjes. Je kan van alles zeggen van muzen maar ze kletsen niet). En wat de herinnering betreft dan. Je probeert nog een verweer hoor ik je al denken. De herinnering is toch het haakje? Dat is toch vertellen wat er gebeurt is en hoe? Nee. Dat is het dus niet. De herinnering is her-inneren. Dat gaat naar binnen en niet naar buiten…in jouw binnenste laten leven…op laten klinken….maar niet alles eruit gooien…dan is de herinnering weg en is het een verhaaltje geworden…de herinnering gaat naar binnen, het lied komt er uit en de meditatie is de stilte, de vertraging, de tijdloosheid…. .glad ijs…nader onderzoek. Iets heel anders dan geheugen…     

Ik blijf zitten. Er klinkt een orgel. Messiaen. Dan de herinnering dat hij vroeger ook messiaen heeft gespeeld. Louange a l’eternite du jesus….(jahoor natuurlijk een loflied ). En mijn herinnering hoe dat was om te spelen. Dat het door Messiaen in de gevangenis geschreven is. En dat de noten langer duren dan een stok eigenlijk is. Dat voortdurende inhouden. De beheersing. Het terughouden. Het verborgene. De onafwendbare tred in de piano. Het extatische van de lofprijzing.  

Hierna was het lange tijd stil

 

Reacties