Dragend citaat

Dragend citaat:

Naar deze woorden van Buber keer ik telkens weer terug. Ik kan ze duizend keer lezen. Ze spreken mij aan. Ze doen een appèl op mij. Welk grondwoord spreek ik? ‘Ik-zijn en ik-spreken zijn één. Ik-spreken en de grondwoorden-spreken zijn één.’ De woorden van Buber vertolken voor mij een opgave en een verlangen. De opgave draagt een verantwoordelijkheid met zich mee: met de grondwoorden die wij spreken, stichten we een werkelijkheid die voortaan bestaan. Als we objectiverend spreken, creëren we een gefragmenteerde wereld. Als we betrokken spreken, stichten we een wereld waar we thuis kunnen zijn.
Ons spreken slaat ook terug op ons ik. Met ons spreken stichten we ook onze eigen persoon. Met alle reflectie, diagnoses en metingen scheppen we ook onze eigen persoon die uiteenvalt in het, en het en het…. Muzisch onderzoek kennismaken zonder spatie: dat is: de ander, de wereld leren kennen, ontmoeten door in betrekking te treden.


”De wereld is voor de mens tweevoudig naar zijn twee-voudige houding.
De houding van de mens is tweevoudig naar het tweevoud van de grondwoorden die hij kan spreken.
De grondwoorden zijn geen afzonderlijke woorden, maar woordparen.
Het ene grondwoord is het woordpaar Ik-Jij.
Het tweede grondwoord is het woordpaar Ik-Het (…).
Ook het Ik van de mens is dus tweevoudig.
Want het ik van het grondwoord Ik-Jij is een ander ik dan dat van het grondwoord Ik-Het.

*

Grondwoorden brengen niet iets tot uitdrukking dat buiten hen zou bestaan, maar wanneer zij gesproken worden, stichten zij iets, dat voortaan bestaat. Grondwoorden worden met het wezen gesproken.
(…)
Het grondwoord Ik-Jij kan slechts met het gehele wezen gesproken worden.
Het grondwoord Ik-Het kan nooit met het gehele wezen gesproken worden.”

Reacties