Vier kenmerkende aspecten en vier wetenschappelijke bronnen die de manier waarop we onderzoek doen in het lectoraat muzische professionalisering onderbouwen.

• interventies. Welke instrumenten gebruik je om in praktijken in te zetten? Wat doe je? De interventies waar we graag mee werken zijn telkens gericht op vertellen, spelen, maken aan te wakkeren in wat je doet. Bron die de werking daarvan wetenschappelijk onderbouwt is Bart van Rosmalen- muzische professionalisering (2016) daaronder is proefschrift en muzisch mensbeeld. Vormen van werken die we graag inzetten variëren van wendingen, gespreksvormen tot onderzoekinstrumenten en maakopdrachten. die zijn allemaal systematisch gerangschikt terug te vinden onder Vormen 

• instappen. Aanwakkeren van eigen stem. we merken dat steeds meer aan de orde is het thema 'instappen' en jezelf op het spel zetten. Dat is in de manier waarop we actieonderzoek doen sterk aan de orde. Een bron die dat onderbouwt en waar we verder op doorgaan is Judi Marshall. First person action research. Life as inquiry. Dat raakt een thema als eigenaarschap dat wij (HKU) op onze beurt weer van nieuwe brandstof voorzien vanuit makerschap. Een sleutelbegrip is hier eigen-zinnig dat we bij HKU onderzoeknotitie centraal hebben gesteld. Hier zit in de uitwerking professionele eigenzinnigheid (en tegenkracht) en de verbinding naar het boek tempered radicals.

• goed werk. waartoe doen we wat we doen als we werken? Goed werk als concept helpt ons om de doelen waar we aan werken leidend te laten worden. Minder opgaan in het ‘middel’. Maar de opgave in wat we doen telkens naar voren te halen. Of dat nu in een teamontwikkeling, het maken van een onderzoekomgeving, of het werken aan ‘beloftes’ in een groot zorgproject rondom Arnhem is. Het is het ‘waartoe’ sterker maken. De waardekant naar voren halen. Ons soort actieonderzoek voegt waarden toe. Daar waar klassieke wetenschap een geschiedenis heeft van waardenvrij te willen zijn. We noemen dat in muzisch onderzoek waarden toevoegen ipv waardevrij maken. Wetenschappelijke bronnen die de verbinding leggen tussen filosofie/ theorie en praktijk zijn: goed werk queeste van Manon Ruijters, normatieve professionalisering en groep auteurs rondom Harry Kunneman etc.

• co-creatie. Muzisch Onderzoek is niet individueel maar samen. We werken in de uitwerking van projecten tussen organisaties, tussen disciplines steeds meer met een model van werken dat Research Practice Partnership wordt genoemd. Daarin worden praktijken bij elkaar gebracht en is onderzoek een vorm van co-creatie van actieonderzoek. Wetenschappelijke bron hieronder is die van Coburn et al. Daarin telkens drie lagen:

1. bovenaan (niet hierarchisch gedacht overigens) onderzoekgroep.
2. Daaronder een werkplaats die verschillende praktijken bijeenbrengt.
3. En daaronder weer de deelnemers die zelf in hun praktijken staan.