In de eerste periode vh lectoraat 2014-2018 stond als een van de opbrengsten van het lectoraat vermeld dat we een master zouden opleveren. Groot denken! Dat hebben we toen om allerlei redenen in overleg met adviescie en cvb teruggebracht naar ‘inbouwen in staande opleidingen’. Nu, in seizoen 21-22, de afronding van de tweede periode is ingezet komt de gedachte aan een master terug. Niet voor het eggie, maar als ‘voorbeeld’. We noemen het laatste lectoraatjaar ‘school maken- een muzisch perspectief’.
Onder die titel school maken- een muzisch perspectief werken we aan:
- Een bidbook dat een school of een master of een aantal samenhangende onderwijsvoorstellen beschrijft, met daaraan hangend alles wat we ter onderbouwing te zeggen hebben.
- Een werkplaats die we organiseren (3 maal 2 dagen en 2 keer een dag plus een manifestatie) staat in dit teken. En brengt de kerngroep van 10-12 initiatiefnemers bij elkaar met gasten die per keer worden uitgenodigd.
- Een gelijknamig festival.
School maken- een muzisch perspectief?
Toen in de verre geschiedenis voor het eerst sprake was van school maken heette het onderwijs van die tijd paideia. De negen muzen waren daar de beschermgodinnen van. Scole betekende zoiets als vrije tijd 😊. Om je aan kunsten en wetenschapen te wijden. Nu eigentijds biedt de muzische professionalisering waar we de laatste acht jaar aan werken opnieuw een perspectief om naar onderwijs te kijken en naar alle aspecten daarvan.
Door het alsmaar groeiende netwerk van interne en externe stakeholders krijgt het werken met en vanuit het muzisch perspectief steeds meer het karakter van een beweging. Toen de voorzitter van de accreditatiecommissie Robin Nelson mij bij de laatste accrediatie van onderzoek vroeg hoe ik dacht over disseminatie heb ik verteld over die beweging die aan het ontstaan is. En dat kennis doorgeven door steeds kringen te maken, zoals ook de urban dance (die we altijd noemen als onze metafoor) een vorm is van cultuur maken. Daarin past het begrip ‘school maken’ zoals het ook vaak wordt uitgelegd. We willen met en vanuit het muzische perspectief graag ‘school maken’.
Last but not least betekent school maken dat we een aantal concreet uitvoerbare en herhaalbare voorstellen willen neerleggen. Wat kan alle kennis, alle inzichten, concepten en filosofie die we in het muzisch perspectief hebben opgebouwd betekenen voor een school, voor onze school? We noemen het school omdat het niet alleen over onderwijs gaat maar natuurlijk ook over onderzoek en ook over organisatie. Kenmerkend aan het muzisch perspectief is dat het die drie O’s altijd in onderlinge samenhang probeert tegemoet te treden. Dus school maken gaat van de intake van een nieuwe student tot en met de manifestatie aan het slot van dat stuk van die reis. Gaat van een pedagogische visie tot toetsen en beoordelen. Van een leeromgeving tot kwaliteitzorg. Van docentprofessionalisering tot communicatie. Al die onderdelen die we puzzelstukjesgewijs zullen aanraken verschijnen op een eigen manier als je ze beziet vanuit een muzisch perspectief.
Dat is wat we graag bij willen dragen.
In de eerste tweedaagse 18-19 november 2021 agenderen we vier inhoudelijke lijnen:
- (muzische) werkvormen als een kunstvorm benaderen. In het muzisch perpsectief ligt een kern wat betreft manieren van werken. Daar een meester in worden vraagt om het repertoire te kennen. Dat in soorten contexten te kunnen toepassen. De theorie erachter. Etc. Dat is ons artistieke fundament.
- De taal is het tweede spoor. In methodologie van onderzoek, in vormen van kritische reflectie van zelf- tot vak tot wereldreflectie spelen het beheersen van verschillende ‘talen’ een sleutelrol. Poetisch, narratief, essayistisch, biografisch, dialogisch. Maar ook inclusief en divers. En ook in talen van woorden en talen van andere disciplines muziek/dans/beeld/media. En in het spanningsveld van zegbaar en onzegbaar. In onze benadering op school maken speelt structureel werken en spelen met taal een sleutelrol.
- Een muzisch perspectief op onderzoek en op onderzoekend werken. We zijn niet een alternatieve onderzoeksmethode maar voegen een muzisch perspectief toe aan verschillende soorten onderzoek. Dat kan wetenschappelijk zijn, empirisch, narratief etc. we hebben manieren van werken ontwikkeld die helder herkenbaar zijn als toegevoegde waarde. Daar werken we ook mee in drie van de HKU-masters: crossover creativityu, kunsteducatie en interieurarchitectuur. We hebben hier in de loop van de tijd ookveel mnet het lectoraat van Daan Andriessen aan gewerkt en inmiddels repertoire en verhaal bij.
- De vierde stap in de tweedaagse gaat over kwaliteit. We werken aan een ‘schijf van vijf voor kwaliteit’.
- Wanneer is het werk dat je doet goed. (voortbouwen op het grote NRO project over goed werk)
- De urban dance als metafoor voor houding en participatie. (loopt al als rode draad door als mijn onderzoek sinds een ArtEZ project in 2012)
- De kritische kwaliteit van ‘het werk’ dat studenten/docenten in de wereld zetten. waar maak je het verschil. Mede aangewakkerd door het laatste festival musework-kritische kwaliteit.
- Dialogische kwaliteitzorg . (een model daarvoor werken we aan door hoe we de peer review in elkaar hebben gezet)
- En last but not least de relatie tussen ‘schoonheid en het goede’. Dus een actieve verbinding tussen het mooie en het goede. Is een kernpunt in mijn proefschrift dat sterker naar de praktijk vertaald kan worden
Bart van Rosmalen, Peter Rombouts, Pieter Baay, Marjolijn van den Berg, Anouk Saleming. Patrick van der Bogt