reflectie theatrale dialoog 14/12/2017
In koppels wordt gewerkt. Een plek gezocht. Een houding wordt ingenomen. In antwoord wordt hierop houding door de ander neergezet en vastgehouden. De eerste acteur stapt uit het beeld en zoekt een antwoord in een houding die wordt vastgehouden. Vervolgens stapt de eerdere acteur er weer uit. Dit wisselt elkaar 3 minuten af.
We doen dit en daarna een tweede keer met een andere partner.
Ronde 1
Met Martine G. Wisselen we snelle houdingen. In het begin zijn er steeds bewegingen die naar buiten reikten, maar ook bewegingen die juist beperkten in hoogte, nabijheid. Gezamenlijk ontstond er lacherigheid en 3 minuten was lang. Eerst was het gewoon doen tot ik mijzelf bezig zag en er iets van vond. Ik merkte op of de beweging naar buiten misschien niet goed was. Merk nu achteraf dat ik mij niet de vraag stelde of kon beantwoorden ‘wat wil ik hier uitvinden’. In dit deel was mijn observerende toeschouwer die dit gadesloeg wat hinderlijk aanwezig.
Ronde 2
De tweede poging die ik deed was met Michiel. Het tempo was lager en er zat overweging in de tussenpauzes. Bovendien leek er zich een thema aan te dienen. Ik startte met een wat gebukte houding met de handen beschermend rondom mijn hoofd. Michiel nam een positie daaronder. Ik nam daarachter een positie. Michiel stond opzij met handen over elkaar. Ik kopieerde deze houding met een overdrijving. Wijzend was de volgende houding, ook deze kopieerde ik. Michiel zocht een complementaire houding, klein en afgewezen. Daarachter zocht ik weer een houding. In rustig tempo leek dit een redelijk gecontroleerd onderzoek vanuit posities. Het thema dat zich aandiende was wijzen, afwijzen en afgewezen worden.
Ronde 3
In een groep van 10 deelnemers schrijven vanuit een houding gekozen uit de eerdere oefening. Ik kies enigszins tot mijn schrik de overtrokken houding met armen over elkaar.
De tekst die ik schrijf;
Nee, dit niet, dit kan niet. Ik weiger. Ik erken jou bestaan niet. Ik weiger je bestaan te erkennen. Ik devalueer je. Ik wil jou niet hier. Ik ontken dat je er bent. Ik blijf bij wat ik ken. Ik laat mijn leven niet beïnvloeden door jou. Ik ontken dat ik iets met je te maken heb. Ik ben anders. Ik benadruk ons verschil. Nee, ik heb geen overeenkomst met jou. Ik wil niet dat je...
We lezen beurtelings de geschreven teksten voor
Ronde 4
We bespreken in eerdere tweetallen de houding en geschreven tekst.
Ik heb moeite deze positie te nemen en het innemen roept schaamte op. Ik vind dit niet leuk, maar ik ken deze positie niet goed en zit meestal aan de andere kant. Het lijkt of we thema insluiting en uitsluiting onderzocht hebben maar ook een vervolg op het destructieve van ik-het dat gisteren door Michiel genoemd werd. Bovendien kreeg hiermee de muze van het dramatische meer vorm. Verachting, wijzen en lachen. De ander uit de wereld wijzen. De ander opeisen voor je eigen statuur. De ervaring van eenzaamheid. Wat je in de ander kunt verachten raakt wat je in jezelf kan overschreeuwen. Hoe het toelaten hiervan dit ook kan draaien.
De neiging om te gaan troosten, weerhouden door de vraag; ‘wil ik dit wel’?
Neem ik iets weg als ik dat zou doen? Is deze houding onderzoeken een beweging uit liefde?
Ja het willen weten, het willen kennen, het willen begrijpen.
De kleine Johannes gaat in stappen naar de mensheid met zijn weedom.
Geen verontrusting. Toch daarnaartoe gaan, er zijn daar mensen die daar leven. Ook daar is nabijheid en adem, beweging die uitmaakt. We zijn afgedaald en er is leven, we hebben durven afdalen en er is menselijkheid.